De snotolf (Cyclopterus lumpus), ook wel lompvis genoemd is een van de favoriete koudwater vissen van de meeste duikers. Ze komen voor in de Atlantische Oceaan, de Noordzee en de Oostzee tot op diepten van wel 400 meter. Ze houden wel van een sterke stroming aangezien hun buikvinnen vergroeid zijn tot een zuignap waarmee ze zich kunnen vasthechten. Wanneer de paaitijd is aangebroken krijgen de mannetjes een felrode kleur.
Om te paaien en eieren te leggen gaan ze naar ondieper water. In de winter komen ze dan ook vaak tot vlak onder de kust om daar hun eieren af te zetten. In België kun je zien in de Noordzee en in Nederland zie je ze vooral in de Oosterschelde en het Grevelingenmeer.
Het is een moderne man. Het mannetje zorgt voor de eitjes en bewaakt deze met zijn leven. Probeer maar eens te dicht bij het nest te komen… Maar hij is ook een zorgzame vader. Heel voorzichtig wappert hij met zijn borstvinnen zodat er constant zuurstofrijk water over de eitjes stroomt. Na 6 tot 8 weken komen de jongen uit. In die tijd verlaat hij het nest niet ! Zelfs niet wanneer het laagwater is en de eieren bijna droogvallen. Een toegewijde vader dus!
Eind april, begin mei trekken deze dieren terug naar het diepere water. Een paar weken later kunnen we ons opmaken voor de eerste jonge snotolfen. Deze kun je ( als je goed zoekt ) terugvinden in wieren langs de kust. Deze mooie gele kleine visjes zijn echte pareltjes van de natuur.
Gebruikte uitrusting: Quantum BCD, X-Vision masker, Abyss automaat, de oude getrouwe Avanti Quattro + vinnen.
Thomas Van Puymbroeck
30th January 2019
